Hortus Haren: Logboek Langenberg en De Beer

Landschap en ecologie Publicatie

Waar: Hortus botanicus Haren
Opdrachtgever: Stichting Behoud Groene Hortus
Kunstenaars: Gabriel Lester, Wineke Gartz, Sjaak Langenberg & Rosé de Beer i.s.m. Refunc.
Curator TAAK: Theo Tegelaers
Projectmanagement TAAK: Bernie Deekens, Simone Kleinhout
Communicatie TAAK: Sophia Zürcher, sophia@taak.me
Periode: 2015-2018
Verloren en Hervonden wordt mede mogelijk gemaakt door: Kunstraad Groningen, Mondriaan Fonds, Rijksuniversiteit Groningen, Vereniging Vrienden van de Hortus Haren, Gemeente Haren


Sjaak Langenberg en Rosé de Beer kamperen in 2016 drie keer in de Hortus Haren.

Een bijzondere biotoop van vrijwilligers onderhoudt de tuinen van de Hortus. Langenberg en De Beer onderzoeken met hun project Hortus Sanare de betekenis van de Hortus voor de mensen die er werken. Dit levert prachtige metaforische uitspraken over de tuin en het leven op. Sanare is Latijns voor genezen - de hortus is een heilzame groen plek voor vrijwilligers én bezoekers. Hoe kan die functie van de Hortus worden versterkt en verbeeld? In een kas op het berkenpleintje kan de planontwikkeling worden gevolgd. Tijdens hun veldonderzoek kamperen Langenberg en De Beer in de hortus.

Logboek, 26 april 2016

"Wakker worden met ijs op de tent. Onze poolexpeditie in de Hortus Haren is begonnen"

Logboek, 13 mei 2016

"Onze eerste residency-periode in een tent in de Hortus Haren zit erop. Een bijzondere biotoop van vrijwilligers onderhoudt de tuinen. Ze deden prachtige uitspraken over de tuin en het leven. We moesten denken aan de film 'Being there' (naar een boek van Jerzy Kosiński) waarin de uitspraken van tuinman Chauncey Gardner (een prachtrol van Peter Sellers) door politici als metaforen over de economie worden uitgelegd. In onze kas in de Hortus zijn de eerste resultaten van ons onderzoek te zien. In juli vervolgen we ons 'veldwerk'."

Een kleine selectie van uitspraken van vrijwilligers van de Hortus:

'Ik hou van planten die zich een beetje gedragen.'

"Ik ben een makkelijke plant. Misschien zou ik een moeilijker plant moeten zijn. Dat zou makkelijker voor mezelf zijn.'

'Ik vermoord heel veel plantjes. De geur die vrij komt als je een
plantje uit de grond trekt is heerlijk.'

'Ik heb van mezelf een beeld dat ik niet tegen stekelige types kan, ik kan helemaal niet tegen onaardige, botte mensen. Dus het is wel frappant dat ik dan wel tegen die stekelige rozenstruiken kan.'

'Een tuin is kwetsbaar. Mensen mogen niet overal doorheen lopen. Maar dat is ook jammer, want juist op de plekken waar je niet mag komen groeien de mooiste dingen. Je wil mensen die dingen laten zien, maar soms kan het gewoon niet. Dat is de paradox van de Hortus.'

'Ik heb nooit een bloeitijd gehad in mijn leven, maar ik ben wel winterhard.'

Logboek, 15 juli 2016

"We laten sporen in de Hortus Haren met onze tent...
Menselijke aanwezigheid als onderdeel van de tuinarchitectuur is in Engeland in de achttiende eeuw een tijd in de mode geweest. Men liet kluizenaars in tuinen wonen als levende ornamenten ter lering en vermaak van de bezoekers. Er werden zelfs advertenties geplaatst om hermits te werven. Toen melancholie uit de mode raakte, verdwenen de hermits uit de Engelse tuinen. Gordon Campbell schreef er een prachtig boek over dat we de afgelopen week lazen.
Ons verblijf spreekt ook tot de verbeelding van bezoekers, al vinden we passanten die ons negeren met de blik 'ik doe net of ik dit heel normaal vind' het leukst."