Door Edo Dijkstershuis

Gepubliceerd in Het Parool, 15 juni 2019

Met Changeroom richt Julika Rudelius haar pijlen op de snelle gentrificatie van West. In de nieuwe keurigheid worden oude bewoners sfeerbepalende decorstukken.

Het proefdraaien van Changeroom in de entreehal van De Hallen bleef niet onopgemerkt. Buurtbewoners en shoppers bleven staan om de beelden te bekijken van mannen en vrouwen die in een kleedkamer worden geschminkt en vervolgens met een oortje de Ten Katemarkt oplopen. Ze vermoedden een realityshow, misschien wel live, en zochten om zich heen naar verborgen camera’s.

“Dat is precies de reden waarom ik het werk op deze plek wilde tonen,” zegt Julika Rudelius (51). “Als het in de doorgang van de OBA zou draaien, was het meteen herkenbaar als kunstwerk. Hier hangt het tussen de commerciële uitingen. Ik heb de film ook snel gemonteerd, zodat hij op het eerste gezicht een reclameboodschap zou kunnen zijn. Zo sluit hij naadloos aan bij de omgeving.”

Rudelius maakte Changeroom in het kader van Social Capital, een meerjarig project waarmee kunstbureau Taak de invloed van snelle groei op de Amsterdamse openbare ruimte onderzoekt. “Ik wilde niet het laatste onaangetaste hoekje van Oud-West laten zien,” vertelt de van oorsprong Duitse videokunstenaar, die sinds 1998 tegenover De Hallen woont. “Natuurlijk heb ik de buurt enorm zien veranderen. De huren zijn omhooggegaan, niet meer normaal. En er zijn leuke koffietentjes bijgekomen. Keurig allemaal: controleerbare en beheersbare ruimtes.”

Servicekeuken

Voor de casting van Changeroom ging Rudelius, zoals zij altijd doet, de straat op en sprak ze voorbijgangers aan. “Eerst kijk ik naar wie interessant is; daarna naar de mensen die in de weg staan, die lastig zijn. Als locatie heb ik gekozen voor een servicekeuken hier vlakbij. Het moest er natuurlijk en een beetje rafelig uitzien. Als het te perfect wordt, is het alsof je naar een slechte Hollywoodproductie zit te kijken. Dat geldt ook voor iedereen die in beeld komt. De styliste ziet eruit alsof ze er al een dag werk op heeft zitten, er wordt onderuitgezakt op telefoons gekeken, door het beeld gelopen.”

Als de ‘acteurs’ voor de spiegel zijn bijgewerkt, de jongeren met latexmaskers om ze er oud uit te laten zien, gaat de deur open en staan ze in het gedruis van de markt. “Het is een soort geheime bende bejaarden met ploegendienst. Misschien zijn ze wel ingehuurd door de gemeente of de projectontwikkelaar om de buurt een authentieker gevoel te geven.”

Los Angeles

Dat die fantasie over ouden van dagen als agenten van gentrificatie niet eens zo uitzinnig is, bleek tijdens de opnames. “Ronald, een van de personages en een markante man met lang grijs haar, werd door een jonge moeder, duidelijk een nieuwe bewoner, staande gehouden. Of ze een foto kon maken van hem met haar dochtertje. Mijn cameraman en ik keken elkaar aan: gebeurt dit echt?”

In de maanden voor Changeroom maakte Rudelius twee aanverwante video’s. In Ridders voeren scooterjongens, van het type dat doorgaans hinderlijk op straat hangt, een sierlijke choreografie uit op een plein. Het veel grimmiger The Only Reason… werd opgenomen in Los Angeles en toont hordes daklozen die leven in een omgeving die uit een apocalyptische toekomst lijkt te komen. De titel is de aanzet voor een aanklacht, zegt Rudelius. “De enige reden waarom er zoveel daklozen zijn, is vastgoedspeculatie. Ik kan daar woest om worden. Door die ongebreidelde marktwerking is de Amerikaanse samenleving totaal versplinterd geraakt.”

“Een maatschappij kan alleen heel blijven als burgers elkaar blijven ontmoeten. Je kunt wel het honderdste buurtfeest organiseren maar het is beter als bewoners zelf contact maken, liefst met de mensen met wie ze het minste hebben of zelfs bang voor zijn. Maar dat is moeilijker als de helft van de buurt Airbnb is of is verbouwd tot haciënda-achtige complexen voor de rijken.”

Met haar video wil Rudelius ‘beelden de publieke ruimte ingooien, een beetje als ballonnen oplaten’. Want wat er met haar buurt, haar stad gebeurt, gaat haar aan het hart. “De stad is voor mij altijd de plek geweest waar mensen terecht kunnen die geen standaardleven willen leiden. Dat dreigt te verdwijnen. Het gemeentebestuur kan diversiteit niet afdwingen, dat begrijp ik ook wel, maar je kunt zaken indammen, bijvoorbeeld door de maximale woonruimte op 100 vierkante meter per persoon te zetten. Diversiteit is een kostbaar goed. Het maakt Amsterdam tot wat het is.”

Julika Rudelius, Changeroom, De Hallen, t/m 30/6

Lees hier meer over het project